Teylers Museum mede-oprichter van alliantie oudste musea
dinsdag 13 oktober 2020
Op 13 oktober heeft Teylers Museum samen met de Kunstkamera in Sint-Petersburg en de Frankesche Stiftungen in Halle de Alliance of Early Universal Museums opgericht. Doel van deze alliantie is de samenwerking te bevorderen tussen musea die zijn gesticht vóór ca. 1800 in Europa en andere werelddelen.
Deze oudste musea hebben zeer brede collecties op het terrein van kunst en wetenschap en zijn gehuisvest in historische monumenten. Er zijn plannen gemaakt om de alliantie uit te breiden met veel meer leden. Ook zijn projecten gestart op het gebied van tentoonstellingen en digitale samenwerking om de collecties beter toegankelijk te maken.
Johan Conrad Greive, 'De Ovale Zaal met bezoekers', 1862.
Teylers Museum
Teylers Museum is het eerste en oudste museum van Nederland en opende zijn deuren voor het publiek in 1784. Tot begin twintigste eeuw functioneerde het als laboratorium voor eigentijdse kunst en wetenschap. De grote en brede collecties werden in de loop van de tijd aangeschaft om belangrijke wetenschappelijke vragen op te lossen en om het kunstklimaat te verbeteren. Het gebouw werd telkens uitgebreid volgens de toen gangbare stijl en toont daarmee een staalkaart van drie eeuwen museumarchitectuur. Tegenwoordig is de museale functie het belangrijkst.
Kunstkamera
De Kunstkamera in Sint-Petersburg werd opgericht door tsaar Peter de Grote in 1724 en omvatte collecties kunst, natuurlijke historie en boeken en tijdschriften. Er werden belangrijke Nederlandse collecties aangekocht, zoals die van naturaliënverzamelaar Albertus Seba en onderzoeker Herman Boerhaave. De enorme collecties werden later deels verspreid over paleizen en nieuw opgerichte musea, waaronder de Hermitage. De Kunstkamera is tegenwoordig onderdeel van de Russische Academie van Wetenschappen en biedt, naast de oude ‘Wunderkammer’ van Peter de Grote, vooral presentaties op het gebied van etnografie en antropologie.
Franckesche Stiftungen
De Franckesche Stiftungen in Halle werd eind 17de eeuw opgericht door August Hermann Francke om de armen te helpen en om weeskinderen een goede opleiding te geven. Voor het onderwijs werd in 1698 een 'Kunst und Naturalienkammer’ geopend. Deze raakte in de 19de eeuw in onbruik en werd vanaf 1995 zorgvuldig gereconstrueerd. Tegenwoordig omvat het instituut tientallen, deels monumentale, gebouwen: scholen, kinderopvang, huizen en een historische bibliotheek.