Jong in de 19de eeuw
07.09.2019 - 05.01.2020
Een staatsieportret van een jongen op zijn paasbest, met zijn hoge hoed lijkt hij een kleine volwassene. Een schilderij van een meisje dat bloemen plukt in het gras, gevangen in een moment. Twee heel verschillende werken, beide uit de 19e eeuw. Met de opkomst van nieuwe ideeën over opvoeding en onderwijs, kinderrechten, buitenspeelplaatsen en de eerste vaccinaties veranderde in deze eeuw onze kijk op kinderen radicaal. Voor het eerst in Nederland is er nu een tentoonstelling over deze ontwikkeling: Jong in de 19e eeuw. Teylers Museum in Haarlem toont tot en met 5 januari 2020 tal van portretten en genrestukken met kinderen in de hoofdrol.
Van mini-volwassene tot kind
Aan het begin van de 19e eeuw werden kinderen nog gezien als kleine volwassenen. Beroemde schilders als Jan Adam Kruseman, Adriaan de Lelie en Charles Howard Hodges beeldden ze ook zo af: rechtopstaand, statig, direct kijkend naar de toeschouwer. Mede door Jean-Jacques Rousseaus boek Emile, of Over de opvoeding (1762) veranderden de ideeën over opvoeden en opgroeien snel. Het was bijvoorbeeld niet meer vanzelfsprekend dat kinderen zo snel mogelijk moesten gaan werken, ze kregen tijd en ruimte voor hun eigen ontwikkeling. Aan het einde van de eeuw schilderden Anton Mauve, Jacob Maris, Georg Hendrik Breitner en Jan Toorop (hun) kinderen op een heel andere manier. Vanuit hun zoektocht naar stemming en sfeer werden ze vaak verbeeld in een eigen wereld, spelend of in gedachten verzonken, intiem en ontroerend. Het kind werd als kind erkend.
Aan de hand van maatschappelijke onderwerpen zoals onderwijs, opvoeding en de verschillen tussen arm en rijk, presenteert Teylers Museum een overzicht van de Nederlandse schilderkunst met kinderen in de hoofdrol. De tentoonstelling laat schitterende werken van bekende en minder bekende schilders zien, geplaatst in hun historische context. De kunstwerken – van romantisch tot impressionistisch en vroeg-modern – zijn afkomstig uit diverse Nederlandse collecties.
Dichtbij of ver weg?
Herkennen kinderen van nu zich in de kinderen van de 19e eeuw? En hoe zit dat met hun ouders en hun opa’s en oma’s? In de bijschriften, rondleidingen en educatieve projecten bij de tentoonstelling worden de verschuivingen én verrassende constanten in de situatie van het kind in de 19e eeuw versus de 20e en 21e eeuw zichtbaar gemaakt. Kinderen en (groot)ouders worden uitgedaagd om met elkaar in gesprek te gaan over hun jeugd.
Een mooi voorbeeld hiervan is De jeugd van toen, een educatief samenwerkingsproject tussen Teylers Museum, de Mgr. Huibersschool in Haarlem Schalkwijk, seniorencomplex Lieflijk Indië en zorginstelling Zorgbalans. Leerlingen interviewen ouderen met diverse achtergronden over de thema’s die in de tentoonstelling aan de orde komen, zoals onderwijs, opvoeding, feesten, ziekte en dood, welvaart en armoede. Van de verschillende interviews tussen kinderen en ouderen zijn filmpjes gemaakt, die op scholen en in het museum te zien zijn.